dinsdag 31 mei 2011

Hoe voorkom je verlies van de tweede taal bij je kind?

Ellen Blom is een van de mensen achter Juffrouwblom.com. Juffrouw Blom is een 'digitale taaljuf.' Het bedrijf ontwikkelt en verkoopt software om Nederlands mee te leren. Een groot gedeelte van de klanten woont (tijdelijk) in het buitenland en gebruikt de computerprogramma's om kinderen bij te laten blijven met Nederlands.
Meer informatie op: www.juffrouwblom.com. (nu ook beschikbaar voor Mac-gebruikers).
De meeste kinderen die naar het buitenland verhuizen, pikken de nieuwe taal snel en gemakkelijk op. Helaas blijkt soms dat na terugkeer naar Nederland de tweede taal weer net zo gemakkelijk verdwijnt als hij verworven is.
In dit artikel gaan we in op de vraag hoe dat kan. We hebben hiervoor gebruik gemaakt van beschikbare literatuur en via e-mail en internet de ervaringen van 30 ex-expats verzameld.
Het aanleren van een vreemde taalIn de literatuur is er weinig discussie over dat het voor jonge kinderen gemakkelijker is om een tweede taal te leren dan voor oudere kinderen. Het keerpunt ligt rondom het begin van de puberteit. Bij kinderen tot een jaar of 12 verloopt het aanleren van de tweede taal spelenderwijs en gaat het vaak snel. Dit zou samenhangen met de flexibliteit van de hersenen en het spraakorgaan. Na de puberteit is het nog steeds heel goed mogelijk om een tweede taal te leren, al is dat doorgaans niet meer op het niveau van de moedertaal. Ook spreken mensen die op latere leeftijd een andere taal leren, de tweede taal vrijwel nooit accentloos.
Dit beeld wordt bevestigd door de ex-expats die we spraken. Barbara zegt bijvoorbeeld: 'Toen wij naar Australië verhuisden was de oudste 14, en de jongste 8. Bij de oudste verliep het aanleren van het Engels moeizamer dan bij de jongste. Ook was het een verschil dat de oudste taal- en grammaticaregels nodig had, terwijl het voor de jongste genoeg was om de hele dag Engels om zich heen te horen. Het leek wel of hij kopieerde wat hij hoorde en het vervolgens ging gebruiken. De jongste klonk al snel als een echte Australiër, terwijl je bij de oudste altijd een klein beetje bleef horen dat hij niet in Australië geboren was.
Janneke woonde met haar kinderen in Shanghai. Haar tweeling was 4 toen ze verhuisden. Ze zegt: 'Ze spraken in no time Engels, en wat me opviel, was dat ze ook woorden gebruikten waarvan ik bijna zeker wist dat ze de betekenis ervan niet goed kenden. Blijkbaar is het spreken van een tweede taal iets anders dan hem ook begrijpen.'
Het verloren gaan van de tweede taal
Helaas is het zo dat kinderen een aangeleerde tweede taal ook snel weer vergeten. De mensen die we spraken die in Nederland terugkwamen toen de kinderen nog kleuters waren (jonger dan een jaar of 6), zeggen vrijwel allemaal dat er weinig van de vreemde taal is blijven hangen, en voegen daar dan vaak aan toe dat ze dat jammer vinden, dat ze aanvankelijk nog probeerden om de taal 'erin' te houden, maar dat dat uiteindelijk niet is gelukt.
Bij kinderen die naar Nederland terugkeren als ze ouder dan een jaar of 12 zijn, is er niet of nauwelijks sprake van taalverlies. Peter keerde als kind van 13 terug uit Indonesië, waar hij een Amerikaanse school bezocht. Zijn Engels is perfect gebleven. Hij zegt: 'Ik heb meer moeite met Nederlands.'

Brigitte, moeder van 2 meisjes, zegt: 'Wij keerden terug naar Nederland toen de kinderen 8 en 10 waren. Ze spraken prachtig Engels. Bij de oudste is een paar jaar later nog veel over van de taal. Wat daarbij ook hielp, is dat ze op school vanaf groep 7 Engelse les kreeg. Bij de jongste is er helaas veel verloren gegaan. Haar Engels klinkt nog steeds wel mooi, maar van de woordenschat is nog maar weinig over.'
Hersenpan
Luisterend naar de verhalen van de ex-expats, lijkt het erop dat vanaf dat kinderen een jaar of 7 zijn, er steeds meer 'blijft hangen' van de tweede taal. Noortje, nu volwassen, woonde van haar 3de tot haar 7de in Luxemburg. Ze leerde daar 'Letzenburgisch.' De taal heeft ze later nooit meer gehoord of gesproken. Ze zegt nu: 'Spreken lukt niet meer, maar ik versta het nog aardig.'

Robert woonde tot zijn 7de in Japan waar hij vloeiend Japans leerde spreken. Toen hij met zijn ouders naar Singapore verhuisde, sprak hij de taal nooit meer. Als volwassene volgde hij lessen Japans, vanwege een baan in Japan. Het bleek voor hem vrij gemakkelijk om de taal op te pakken. ‘Ik had het gevoel dat de taal nog onder een luik in mijn hersenpan zat opgesloten.
Bewust aanleren
Dit gevoel hadden meer mensen die terugkeerden toen ze tussen 7 en 11 jaar waren. Stephanie was 8 toen ze vanuit Saudi-Arabië terugkeerde naar Nederland. Ze ging in dat land gedurende 2 jaar naar een Engelse school en zegt: 'Zo goed als mijn Engels was toen ik wegging uit Saudi-Arabië, was het al snel niet meer. Het heeft me in mijn latere leven echter nooit moeite gekost om Engels te leren. Ik denk dat die paar jaar op een Engelse school daar zeker aan heeft bijgedragen.'
De ervaringen van de ex-expats komen overeen met wat er in wetenschappelijke artikelen over het onderwerp wordt geschreven. De mate waarin een taal blijft hangen, heeft te maken met het al dan niet bewust aanleren van een nieuwe taal. Een taal blijft beter hangen naarmate je hem meer bewust aanleert. Je ontwikkelt dan namelijk ook inzicht in de verschillen tussen talen. Maar er is meer. Het ene kind heeft veel gevoel voor taal, het andere minder en ook de omstandigheden verschillen van kind tot kind. Een ander aspect dat een rol speelt, is of het kind de taal later nog regelmatig 'spontaan' hoort in zijn omgeving.
Conclusies
Het is gevaarlijk om expliciete uitspraken te doen op het gebied van 'taalverlies', maar we zullen toch proberen conclusies te trekken op basis van het voorgaande.
  1. Kinderen tot een jaar of 6 pikken de taal pijlsnel op, maar na terugkeer naar Nederland of vertrek naar een ander land is de taal ook vrij snel weer helemaal verdwenen.
  2. Vanaf een jaar of 7 blijft er 'iets' hangen van de taal. Ondervraagden geven aan ze het gevoel hebben dat de taal nog 'ergens in hun hoofd zit en dat de taal bekend blijft klinken'. Naarmate kinderen ouder zijn bij terugkeer, wordt dit sterker. Vanaf een jaar of 8, 9 blijft de tweede taal ook nog redelijk accentloos klinken.
  3. Vanaf een jaar of 11, 12 wordt het lastiger om een tweede taal te leren. Er is ook bijna niemand meer die de taal helemaal leert op het niveau van zijn moedertaal. De andere kant van de medaille is dat wanneer de tweede taal eenmaal goed wordt beheerst, dat ook in grote mate zo blijft. Zeker als je die taal in de latere leven nog regelmatig actief gebruikt.
  4. Hoewel veel expats als ze terugkeren van plan zijn om de tweede taal van hun kinderen te gaan 'onderhouden', blijkt dat in de dagelijkse praktijk toch lastig. En dat is jammer, omdat je ziet dat je met relatief weinig inspanning veel resultaat kunt bereiken. Saskia keerde met kinderen van 6 en 7 in Nederland terug na 2 jaar Amerika. Om de 2 weken kregen ze 1 uur Engelse les en 2 keer gingen ze met een Amerikaans gezin op vakantie. Het resultaat is, een paar jaar later, dat de kinderen de taal nog bijna net zo goed spreken als toen ze vertrokken.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten